Hulp bij het huishouden

Peel en Maas moet vanaf 2022 belasting gaan betalen voor huishoudelijke hulp. Dit komt doordat de gemeente zelf een andere financiële constructie heeft bedacht. We gaan de Belastingdienst jaarlijks spekken met bijna 300.000 euro, tegenover 0 euro nu. De VVD vindt het weggegooid belastinggeld en stemde tegen dit voorstel. Gemeenten krijgen jaarlijks geld om mensen te helpen zo lang mogelijk thuis te blijven wonen. Dat gaat via de ‘Wet maatschappelijke ondersteuning’ (Wmo). Deze wet biedt twee mogelijkheden om hulp bij het huishouden in te kopen: via een ‘maatwerkvoorziening’ of een ‘algemene voorziening’. Peel en Maas heeft zélf een derde optie bedacht: een ‘dorpsvoorziening’. Maar omdat dit niet past binnen de wet, moet de gemeente jaarlijks bijna drie ton belasting gaan betalen voor de huishoudelijke hulp. De VVD heeft tegen deze zelfbedachte constructie gestemd: we gooien onnodig belastinggeld weg. Onnodig, want uit de evaluatie blijkt dat de inwoners op dit moment zeer tevreden zijn. De gemeente werkt namelijk ook nu al samen met de dorpsondersteuners en dorpsoverleggen bij het inkopen van de huishoudelijke hulp. De zorgaanbieders zijn bovendien bang dat de nieuwe constructie niet juridisch houdbaar is. Zij hebben hun zorgen gedeeld met de gemeenteraad. Ondanks de kritiek heeft een meerderheid van CDA, Lokaal Peel en Maas, en PvdA/GroenLinks voor het voorstel gestemd. Die drie ton per jaar zijn we dus kwijt: het gaat niet naar huishoudelijke hulp, maar naar de Belastingdienst. Zonde van het geld.

Jolanda Janssen en Karin Jacobs, burgerraadslid en raadslid